Op 21 maart jl. heb ik al eens een open brief gestuurd naar minister Opstelten (veiligheid). Een week of 2 geleden kreeg ik dan als antwoord dat de brief wat verlaat was en nu had ik dan toch een definitief antwoord gekregen. Voordat ik overga tot mijn eigen reactie, heb ik de brief onderstaand overgenomen;

Geachte heer Sandee,

Op 21 maart heft u een brief gestuurd aan minister Opstelten over uw poging om pleegouder te worden. Omdat het onderwerp pleegzorg onder mijn verantwoordelijkheid valt, krijgt u van mij het antwoord. U heeft op 27 juni 2012 een brief gekregen dat tot onze spijt de beantwoording vertraging heeft opgelopen. Voor deze vertraging bied ik u excuses aan.

U schrijft dat u graag pleegouder wilt worden en dat u daarvoor het voorbereidings- en screeningstraject voor aspirant pleegouders bent gestart bij de pleegzorgaanbieder Elker. U bent teleurgesteld over de wijze waarop het intakegesprek is verlopen. U vraagt mij om kritisch te kijken naar de wetgeving over pleegouderschap.

Ik wil u bedanken dat u mij over uw situatie informeert. Uw brief helpt mij om een goed beeld te krijgen van de praktijk van de jeugdzorg en de problemen die daar spelen. In het bijzonder heb ik goed kennis genomen van uw ervaringen met het intakegesprek en uw bevinding dat alleenstaande mannen buitengesteld worde om pleegouder te worden. Ik gebruik uw signaal bij de verdere verbetering van de hulpverlening aan jongeren. Als staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ben ik verantwoordelijk voor het landelijk beleid voor ouders en kinderen en meng ik mij niet in individuele zaken.

In de wet staan de criteria die voorwaarden zijn om pleegouder te worden. Deze criteria zijn (samengevat):

  1. De pleegouder is minimaal 21 jaar.
  2. Een pleegouder beschikt over een verklaring van geen bezwaar.
  3. Een pleegouder biedt verzorging en opvoeding aan een pleegkind, indien de pleegzorgaanbieder heeft vastgesteld dat de pleegouder, gelet op zijn opvoedingsmogelijkheden, de leeftijd en de problemen van het pleegkind, de samenstelling van het pleeggezin en de verwachte duur, geschikt is voor de verzorging en opvoeding van dat pleegkind.

Er wordt regelmatig kritisch gekeken naar de randvoorwaarden voor pleegouderschap. Jeugdzorg Nederland heeft ter verbetering van het proces het “kwaliteitskader voorbereiding en screening aspirant pleegouders” ontwikkeld. In dit kwaliteitskader zijn ook de bovengenoemde wettelijke criteria opgenomen. Dit kader wordt sinds kort gehanteerd door pleegzorgaanbieders bij het voorbereidings- en screeningstraject voor aspirant pleegouders. Doel van het kwaliteitskader is om duidelijkheid, eenduidigheid en transparantie te brengen in het proces van voorbereiding en screening van aspirant pleegouders. Duidelijkheid, eenduidigheid en transparantie voor de pleegzorgaanbieder, haar medewerkers en voor de aspirant pleegouders.

Ik ga ervan uit, dat u er begrip voor heeft dat er een zorgvuldige selectieprocedure voor aspirant-pleegouders is, ook al heeft dat in uw geval geleid tot een niet gewenste uitkomst. Uit uw brief maak ik op, dat u het niet eens bent met de wijze waarop het intakegesprek bij Elker is gevoerd. Zoals ik eerder heb aangegeven, meng ik mij niet in individuele zaken. Wel wil ik u volledigheidshalve wijzen op hoe u een klacht kunt indienen.

Iedere instelling voor de jeugdzorg moet een procedure hebben om klachten op een goede manier te behandelen. U kunt bij e instelling een klachtenregeling opvragen waarin de procedure wordt uitgelegd. Bovendien heeft elke instelling een onafhankelijke klachtencommissie, waar klachten worden ingediend.  Voor informatie en mogelijke ondersteuning bij het indienen van een klacht bij een onafhankelijke commissie, kunt u contact opnemen met de vertrouwenspersoon volwassenen van Zorgbelang Groningen. Postadres: Hoendiep 95, 9718 TE Groningen, telefoon 050-5713999, e-mailadres: vp@zorgbelang-groningen.nl.

Hoogachtend,

De staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

Mw. Drs. M. L.L.E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner

Ik had de brief gisteren dus al gelezen en toen nog eens gelezen. Met name omdat ik niet zo goed weet wat ik nu met deze brief moet. Ik vind het namelijk niet echt een antwoord op de brief die ik op 21 maart jl. geschreven heb. Eigenlijk staat er in mijn ogen in deze brief niets anders (en dan vertaal ik het maar vrij): “Wij hebben uw brief ontvangen, wij hebben uw brief gelezen, we zullen het in de doofpot stoppen en u heeft hierbij een antwoord zoals we dit formeel moeten doen.” Maar verder staat er niets inhoudelijks in, omdat de staatsecretaris zich niet met “individuele gevallen mengt”, terwijl mijn brief vooral gaat over het bekritiseren van landelijk beleid, waarop gehamerd werd. Er word dan ook totaal niet ingegaan op het feit dat alleenstaande mannen minder snel pleegouder kunnen worden dan vrouwen, wat toch een feitelijke vorm van beleid is. Daarnaast word er tevens niet ingegaan op de leeftijdsgrens en emotionele stabiliteit met betrekking op de leeftijd, evenals het objectief behandelen van aspirant-pleegouders, word niet verder ingegaan, wat mij allemaal een zaak lijkt voor de beleidsmakers, in dit geval dus het kabinet en op dit moment specifiek dus staatssecretaris M. L.L.E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner.

Wel word er dus dan verwezen naar de organisatie waar je een klacht kunt indienen, maar dat is niet zozeer de organisatie die verandering zal aanbrengen in het beleid, en daarmee dus niet de geschikte partner (naar mijn idee) als het gaat om beleidszaken, waar de inhoud van de brief wél degelijk over ging. Ik denk op dit moment er ook niet aan om daar alsnog een klacht in te dienen, omdat ik er niet vanuit ga dat Zorgbelang Groningen iets kan doen  met de punten die Elker aangaf waarom ik als alleenstaande man, geen pleegouder kan worden.

Eigenlijk het enige positieve aan deze brief is, is dat deze door de staatssecretaris zelf is beantwoord (hoewel je kunt afvragen of ze het zelf getypt heeft of een ambtenaar namens haar).  En dat ze, zoals ze zelf zegt een beter beeld geeft over pleegzorg in de praktijk. Echter stel ik sterk in twijfel of er dus wel iets mee gedaan zou worden. Ik denk zelf dat de brief in het ronde archief verdwijnt of de doofpot ingestort word of gewoon niet veranderd, omdat de beleidsmakers er dan niets mee te maken hebben. Ach, ik heb het momenteel er wel even mee gehad. Ik laat het eerst maar hierbij, ik vind het prima om op te komen voor mijn rechten als alleenstaande, maar zoals ik nu denk en bekijk hoe de brief word beantwoord, lijkt het ik tegen de ambtenarij en persoonlijk heb ik daar geen zin in op dit moment.

Deel dit: